Harry Lintsen was een sleutelfiguur in de ontwikkeling van de techniekgeschiedenis in Nederland en medeoprichter van de Stichting Historie der Techniek (SHT). Hij studeerde natuurkunde aan de TU Eindhoven en promoveerde op het ingenieursberoep in de 19e eeuw, wat leidde tot het invloedrijke boek Ingenieurs in Nederland in de 19e eeuw.
Vanaf het begin van zijn carrière zette hij zich in voor de institutionele opbouw van het vakgebied techniekgeschiedenis. In 1988 richtte hij de SHT op, die uitgroeide tot het nationale platform voor techniekgeschiedenis. Als hoogleraar aan de TU Eindhoven en TU Delft gaf hij leiding aan grote onderzoeksprogramma’s zoals TIN 19 en TIN 20, over de rol van techniek in de Nederlandse samenleving.
Zijn werk kenmerkte zich door kritische reflectie op technologie en de verantwoordelijkheid van ingenieurs. Thema’s als duurzaamheid en brede welvaart kregen steeds meer aandacht, met als voorbeeld zijn boek De kwetsbare welvaart van Nederland (2018). Sinds 2021 werkte hij mee aan het project De Diepe Transitie van Nederland.
Kort voor zijn overlijden was hij betrokken bij een boek over de geschiedenis van Brainport. Hij ontving diverse onderscheidingen, waaronder het Officierschap in de Orde van Oranje-Nassau, de Erepenning van de TU/e, en het erelidmaatschap van KIVI. Hij was ook lid van de KNAW.
Harry Lintsen wordt herinnerd als een inspirator, verbinder en vernieuwer, wiens nalatenschap voortleeft in publicaties, projecten en mensen die hij heeft geïnspireerd.








